Zwemmen op de Zomerspelen
In Rio 2016 waren er 32 onderdelen voor het lange baan (50 meter bad) zwemmen. In Tokio kwamen er drie nieuwe onderdelen bij: de 800 meter vrije slag voor heren, de 1.500 meter vrij voor vrouwen en de 4×100 meter wisselslag gemend. Dezelfde 35 onderdelen vinden plaats tijdens de spelen in Parijs. In Los Angeles komen er voor zwoel mannen als vrouwen een drietal sprint nummers bij: 50 meter vlinderslag, 50 meter schoolslag en 50 meter rugslag. Dit brengt het totaal op 41 finales.
Onderdelen
Damen en Heren
- 50m Vrije slag
- 100m Vrije slag
- 200m Vrije slag
- 400m Vrije slag
- 800m Vrije slag
- 1500m Vrije slag
- 50m Rugslag
- 100m Rugslag
- 200m Rugslag
- 50m Schoolslag
- 100m Schoolslag
- 200m Schoolslag
- 50m Vlinderslag
- 100m Vlinderslag
- 200m Vlinderslag
- 200m Wisselslag (vlinderslag, rugslag, schoolslag en vrije slag)
- 400m Wisselslag (vlinderslag, rugslag, schoolslag en vrije slag)
- 4 x 100m Vrije slag
- 4 x 200m Vrije slag
- 4 x 100m Wisselslag (rugslag, schoolslag, vlinderslag en vrije slag)
Gemengd
- 4 x 100m Wisselslag Gemengd (rugslag, schoolslag, vlinderslag en vrije slag)
In totaal zijn er bij de mannen en vrouwen elk maximaal 426 sporters. Veel zwemmers zwemmen eerdere nummers en deelnemers aan de estafette zwemmen doorgaans ook individuele nummers.
Andere natte sporten die onder de wereldzwembond FINA vallen zijn: schoonspringen, synchroonzwemmen, openwaterzwemmen en waterpolo. Alleen de tak klifduiken, waarbij gesprongen wordt van 20 en 27 meter hoge planken, is geen olympische sport. Tenslotte zit er in de triatlon een stukje zwemmen.
Zwemmen op de Paralympische Zomerspelen
Samen met Atletiek is zwemmen een van de grotere onderdelen van de spelen, mede door de fijnmazige indeling van de Atleten op basis van hun handicap.
Classificaties
- S1 tot en met S10: Lichamelijke beperkingen waarbij S1 de zwaarste en S10 de lichtste categorie is voor wat betreft de fysieke beperking.
- S11 tot en met S13: Visuele beperkingen S11 (nagenoeg) volledig blind; S12 en S13 in afnemende mate slechtziend. In S11 categorie wordt gebruik gemaakt van een aantikstok (tapper) zodat de zwemmer weet wanneer het einde van het bad bereikt is en dragen de zwemmers een blinderende zwembril.
- S14 : Geestelijke beperkingen
- S15 : auditieve beperkingen
- Meestal wordt het nummer vooraf gegaan door een S. SB en SM worden gebruikt bij de Breaststroke (schoolslag) en Medley (wisselslag).
Lange baan?
Bij het (binnen) zwemmen in een zwembad wordt onderscheid gemaakt tussen het korte baan en lange baan zwemmen. Het korte baan zwemmen gebeurt in een zwembad van 25 meter lang. Het lange baan zwemmen in een zwembad van 50 meter. De afstanden zijn hetzelfde, bij een korte baan ga je wat vaker op en neer. Een 50 meter bad wordt ook wel een olympisch zwembad genoemd omdat de afstanden op de Olympische Spelen in een 50 meter bad gezwommen worden.
De meeste zwemwedstrijden worden op een korte baan gehouden. Zo heel veel, kostbare, 50 meter baden zijn er niet. In Nederland zijn er maar drie die voldoen aan de Olympische eisen: Nationaal Zwemcentrum de Tongelreep in Eindhoven, Amerena in Amersfoort en Zwemcentrum Rotterdam.
